17 en 18 januari organiseerde de Universiteit Tilburg een congres over orthodoxie versus radicalisme. De insteek was dat bij fundamentalisme geen ruimte was voor pluralisme en binnen de orthodoxie wel. Verschillende wetenschappers en docenten gaven hun visie op dit onderwerp. In het congres was er uitgebreid aandacht voor zowel de theorie als de praktijk. Zo sprak Umar Ryad over fundamentalistische stromingen binnen de islam en vertelde Marcel Poorthuis over fundamentalisme in het christendom.
Ik mocht op de eerste dag wat vertellen over orthodoxie versus fundamentalisme binnen het Jodendom. Kernpunten van mijn verhaal waren dat a. “het ” Jodendom niet bestaat en b. dat dé manier om fundamentalisme tegen te gaan de dialoog is. De kern van het Jodendom zijn de boeken ( TeNaCH, Misjna, Talmoed) en de traditie daaromheen. Het bestuderen van deze teksten kunnen echter andere conclusies naar boven laten komen. Zelfs in de Misjna ( 300 na Chr.) vind je al verschillende ideeën van geleerden.
Door de dialoog aan te gaan binnen en buiten het Jodendom kan je het weinige fundamentalisme dat er wel is tegengaan. Met programma’s als Leer je Buren Kennen kan je laten zien dat groepen zoals de Naturei Karta of aan de andere kant van het spectrum de Temple mount movement maar een kleine groep vormen. Vragen en gesprekken met “de ander” geven ruimte en duidelijkheid over het feit dat er niet 1 waarheid is maar meer waarheden. Zolang je elkaar maar respecteert.